Wie denkt die Trien wel dat ze is (1999)

Tekst: Geert Kimpen
Regie: Geert Kimpen
Productie: Mira Veenman
Kostuums: Pieter van Rooij
Decorontwerp: Pieter van Rooij
Lichtontwerp: Coen Jongsma
Muziek: Rudy Tuhusula
Spel: Nel Lekatompessy, Bart Poulissen, Rudy Tuhusula
Première: 7 mei 1999, Ostadetheater, Amsterdam

[prettyfilelist type=”pdf” filesPerPage=”3″]

 

De voorstelling speelde zich af in het rommelwinkeltje van meneer Joenoes op Ambon. Als hij een middagdutje doet, maken we kennis met twee opvallende winkelbewoners: het stel Felix en Trientje. Het zijn tjitjaks, kleine hagedissen die muggen eten en tegen de muren op kunnen lopen .
Trientje is boos op Felix omdat hij stiekem een relatie heeft gehad met Truusje Kikvors uit Nederland. Als ze van een lange reis naar Nederland terugkeert, is Felix verdwenen. Ondertussen zijn al haar eitjes uitgebroed en
kan ze 99 kindertjitjaks begroeten. Uit het 100ste eitje wordt Wibi geboren, die zich ontwikkelt tot de held van het stuk. Hij probeert op slinkse manieren zijn vader en moeder weer bij elkaar te brengen.

Gebaseerd op de kinderboeken ‘Trientje Tjitjak’ en ‘Toni Tjitjak op Ambon’ van auteur Hylkje Steensma.

 

[gallery_bank type=”images” format=”thumbnail” title=”false” desc=”false” responsive=”true” special_effect=”lomo_effect-white-hover_in” animation_effect=”bounce” album_title=”false” album_id=”54″]